Tussen Baskenland en Asturië ligt Cantabrië met als hoofdstad Santander. Samen met Baskenland heeft deze regio al altijd mijn voorkeur weggedragen. Het landschap is er immens mooi.

 

Als u van Santander naar Asturië rijdt, komt u  van Suances (mooi strand), Santillana del Mar (prachtig) en San Vicente de la Barquera tegen. Mooi stopplaatsen, als u het mij vraagt. In het binnenland, niet ver van Reinosa, kunt u de prachtige Romaanse bouwwerken bewonderen van Colegiata de  San Martin de Elines en Colegiata de Cervatos. 

 

Even prachtige  juweeltjes als het Colegiata van Santillana del Mar. Als u zich in Cantabrië bevindt, loont het absoluut de moeite om Santillana del Mar te bezoeken met zijn Colegiatia, of de dorpjes Comillas, Castro Urdiales (Fotogalerij1 - Fotogalerij 2 - Fotogalerij 3 - Fotogalerij 4) en Bareyo met de Iglesia de Santa María de Bareyo (Fotogalerij 1 - Fotogalerij 2).

 

Het heeft een gematigd zeeklimaat met zachte zomers en winters. In het westen van Cantabrië liggen zee en bergen dicht bij elkaar. Cantabrië heeft een kustlijn van ruim 200 km met zowel lange zandstranden als kleine stranden gelegen in baaien en ingebed tussen de rotsen. Achter de kuststrook ligt het Cantabrische gebergte, gekenmerkt door hoge bergruggen tot 2500 m. hoog, valleien en rivieren die van zuid naar noord lopen. Door de schurende werking van de gletsjers zijn er diepe kloven (desfiladeros) ontstaan die het Cantabrische gebergte in kleine bergmassa’s verdelen. Het oostelijk deel van het kalksteengebergte Picos de Europa ligt in Cantabrië. De kraters en ravijnen zijn er minder spectaculair dan in het westelijk deel, maar je kunt er schitterend wandelen. Hier vindt u ook de kabelbaan van Fuente Dé, waar u in 3 à 4 minuten een hoogteverschil van 800 meter overbrugt en uitkomt bij het eindstation, de Mirador del Cable, op 1842 m. Van daaruit kunt u kortere of langere wandeltochten maken. Voor Fuente Dé geldt overigens dat het er, zeker in de zomerse weekeinden, zeer druk kan zijn. 

                                                                                                                                                                 

Vanwege relatief veel regenval is de regio zeer groen. Het kent veel grasland waarop veeteelt bedreven wordt. In de regio worden hierom diverse melkproducten geproduceerd, zoals kaas en boter.

 

De regio heeft gebergten, waarbij een punt, het Pico de tres Mares (piek van de drie zeeën) bijzonder is, omdat drie rivieren hier gevoed worden: de Duero, de Nansa en de Ebro, die in drie verschillende zeeën uitlopen, en wel respectievelijk de Atlantische Oceaan, de Golf van Biskaje en de Middellandse Zee.

 

Opgravingen tonen aan, dat er al in de prehistorie mensen in Cantabrië leefden. De grotschilderingen van Altamira zijn wereldberoemd. Vanaf 1978 werden voorbereidingen getroffen voor de autonomie van de regio, die op 11 januari 1982 een feit werd. De grondslagen van de autonomie zijn geregeld in het Statuut van Autonomie van Cantabrië.

 

De comarca's (streken, gebieden) van Cantabrië zijn:

 

• Besaya

• Campoo

• Costa Occidental

• Costa Oriental

• Liebana

• Ason-Aguera

• Saja-Nansa

• Santander

• Trasmiera

• Valles Pasiegos