top of page

Almería is één van de minder bekende gebieden van Andalusië. Het is de warmste provincie van Spanje. Het binnenland bestaat uit een maanachtig landschap van woestijnen, heuvels van zandsteen en droge rivierbeddingen.

 

Door de droogte en de beperkte toeristische infrastructuur zijn de kustgebieden nog redelijk onbedorven, hoewel er ten westen van Almería, in AdraRoquetas de Mar en Aguadulce ook behoorlijk drukke toeristencentra beginnen te ontstaan.

 

Aan de oostkant is het echter veel rustiger en vindt u bijvoorbeeld binnen het natuurpark van Cabo de Gata vele kleine, aantrekkelijke dorpen met stranden op loopafstand, waar u weinig bezoekers zult tegenkomen. In dat 29.000 ha grote natuurgebied vindt u reusachtige klippen van vulkanisch gesteente, zandduinen, zoutvlakten, kleine besloten inhammen en een paar eenzame vissersdorpjes. In dit gebied van een kale schoonheid rusten duizenden trekvogels op hun tocht van en naar Afrika.

 

Het ruige berg- en rotsachtige landschap van dit gebied ligt geïsoleerd en is in geologisch opzicht een van Europa's meest bijzondere. De bergketen Sierra de Gata is de grootste vulkanische rotsformatie van Spanje, met scherpe pieken en okerkleurige steile rotsen (schelpenzandformaties). Aan de kust stijgen de rotsen steil op uit zee. Ze creëren soms wel 100 m hoge, hoekige en gekartelde kliffen, welke zijn gespleten door ravijnen en geulen die leiden naar afgelegen inhammen met witte zandstranden. Voor de kust liggen tevens vele kleine, rotsachtige eilandjes en onderwater groots opgezette koraalriffen met een rijk onderwaterleven.

 

Het park omvat een gevarieerd gebied van kustduinen, stranden, steile kliffen, zoutpannen, een aanzienlijke waterwereld van 12,200 ha, zoutmoerassen, in het binnenland gelegen droge, dorre steppen en droge rivierbeddingen. Dit natuurpark is in 1997 benoemd tot UNESCO Biosfeerreservaat en het park herbergt een buitengewone rijkdom aan de dierenwereld, inclusief vele zeldzame en inheemse planten.

 

 

 

 

 

 

Almeria dat in de Moorse periode een bloeiende havenstad was en waar de Moren hun grootste kasteel, de Alcazaba, bouwden, heeft eeuwenlang een kwakkelend bestaan geleid, maar kreeg weer leven ingeblazen door een nieuwe vorm van landbouw: de “plasticultura”. In plastic kassen, die grote gedeelten van het gebied rond Almería bedekken, worden het hele jaar door tomaten, paprika’s, komkommers, aardbeien, bloemen etc. geproduceerd. In verband met de hitte in de zomer, zijn het voor- en najaar de beste momenten voor een bezoek. 

 

De comarca's van de provincie Almeria zijn:

 

bottom of page